test
extra small
small
normal
large
huge
gigantic
letter grote
nog een test
extra small
small
normal
large
huge
gigantic
letter grote
nog een test
Inzending voor de schrijfresidentie van Vlaams-Nederlands Huis deBuren. Tekst, voice-over en editing van videogedicht door Helen Weeres.
Het beeldmateriaal in de video werd beschikbaar gesteld door de archieven van Beeld & Geluid. Alle filmfragmenten komen uit afleveringen van het Polygoonjournaal uit de jaren ‘20 van de 20e eeuw. De afleveringen reflecteerden op de bouw van het Olympisch Stadion in Amsterdam, de Olympische Spelen in Amsterdam, en het werk op steenfabrieken in de Nederlandse Rijn-Waal regio.
This poem was written for the exhibition ‘Dit is een liefdesbriefje’ (2021) by painter and visual artist Yael Wassen.
* Thank you for not reproducing, scanning, or distributing any part of this text in any way, shape or form without explicit permission from Helen Weeres, the writer of this poem.
Cinque Terre, Italië
Ik draag zilveren vissen om mijn nek, één voor elk jaar dat de zee parelde en ik toekeek
gedachten dobberend op zonnestraling, pupillen die overuren draaien en niet –
nooit weg willen kijken
Met gloeiende huid als een warm thuis dat een moedervlek rekent voor ieder die
verder weg is dan ze meestal zijn, maar dichterbij dan ooit tevoren want
mijn ogen zijn open
Hun gezichten zeilen mijn netvlies voorbij door golvend fonkellicht
wind kiest ieders schaduw vormt de contouren en aait
mijn wang
Ik aai de vissen streel
de gezichten
In de baai van mijn brein meren hun woorden aan
ik wil ze vragen waar ze zijn wanneer ze hun ogen sluiten –
Ik schrijf dat je de vos en de ijsvogel bent
Ik wil je vragen waar je bent wanneer je je ogen sluit
en wanneer je ze opent
en weer sluit
Wanneer je je kin in mijn nek legt, me vastpakt en wiegt
omdat we dansen met wijn waxinelichten warme oven of
wiegt, omdat mensen waren maar niet meer zijn of
wiegt, omdat huid even geen thuis is
Wanneer je de briefjes schrijft die ik vind weggestoken in jaszakken en
broekzakken en portemonnees piepklein gevouwen
Wanneer een kaars een bruin en blauw oog verlicht en
je besluit dat je iets nog niet wilt verklappen of
komt vertellen wat niemand van je weet of
wanneer je iets per ongeluk zegt
Wanneer je niet uit je woorden komt en we dus samen zoeken en
wanneer je luistert als ik voorlees hoe ik je schrijf
Wanneer je hardop bidt zodat ik
mee kan doen op mijn manier –
Ik leg je op je zij wanneer je snurkt
Ik wil je vragen waar je bent wanneer je je ogen sluit
en wanneer je ze opent
en weer sluit
Wanneer ik je niet wakker wil maken omdat ik hoop dat je dromen fijn zijn
zoals de mijne waren
Wanneer we liggen en ons lichaam vertrouwde wateren betreed
wanneer ‘niet alleen slapen’ een rug tegen rug is of
wanneer samen wakker ook samen slapen is en
wanneer samen zijn samenzijn wordt totdat samen
ons zijn zoveel vormen kreeg dat het altijd al alles is geweest
Wanneer je je aankleedt en mijn kast de jouwe is
zoals mijn kleren van jou zijn wanneer je ze draagt zoals
jouw trui en jas de mijne, bovenal wanneer je er niet bent
Wanneer we samen in de zon zitten, een ander bewonderen en
ons bevragen hoe dat samenzijn zou kunnen zijn
Wanneer jij dit alles op zou schrijven –
Ik spaar kurken voor je terugkeer
Ik wil je vragen waar je bent wanneer je je ogen sluit
en wanneer je ze opent
en weer sluit
Wanneer we wakker worden in je huis op wielen, jij in de cabine en ik in het ombouwbed
wanneer het gordijn opzij schuift en ik opkijk naar slaapogen en gaapmonden die
gisteren namompelen en de morgen influisteren
Wanneer we op twee gaspitten dubbel zoveel gangen koken als we mensen tellen en
dansen in de nacht van de langste dag kampvuur sterrenhemel
Wanneer slaapzak en kussen opgeborgen worden en
elke morgen weer een andere kilometerstand
wanneer het gordijn opzij en mijn bed weer de tafel is
Wanneer ik je denk, maar niet bel
wanneer ik je mis, maar niet schrijf
Wanneer je de liefde in de ogen kijkt —
Ik draag jouw hemel op mijn huid
Ik wil je vragen waar je bent wanneer je je ogen sluit
en wanneer je ze opent
en weer sluit
Wanneer je stil de wereld schildert alsof ze de zee is alsof
je brein de baai waar kleur aan wal stapt
Wanneer we met halve recepten één gerecht maken en je
van het een het rood en van het ander het groen
wanneer we verf dichten en zinnen schilderen in de keuken van je atelier
Wanneer je lacht en luistert en
het knipperen van je ogen honderden milliseconden telt of
wanneer je zegt dat de tube met geel even leeg is
Wanneer je vraagt of er nog een laag verf op moet en je
vraagt of het dan nog wel hetzelfde blijft
wanneer we elkaar kussen –
Ik kleed me alleen voor jouw foto’s uit
Ik wil je vragen waar je bent wanneer je je ogen sluit
en wanneer je ze opent
en weer sluit
Wanneer we elke morgen kaarten trekken een positieve gedachte
een engelenwijsheid een psychologisch inzicht
wanneer je mediteert zoals ik me voorstel dat een mens mediteert
wanneer je toekijkt hoe ik schrijf
Wanneer we halve plannen smeden die we hele weken leven wanneer
ik rij en jij slaapt na uren stuurloos praten kijken roken wanneer we zwijgen
Wanneer we zitten onder zware dekens met uitzicht op nat en drassig land en
wakker worden met beslagen ramen koffie en dagen vol tijd
Wanneer ik sta zoals ik voel dat moet en
beweeg zoals je me vraagt –
This poem was written for the opening of the exhibition titled ’48 EXPO’ (2020) by photographer and visual artist Niels Scheurwater.
* Thank you for not reproducing, scanning, or distributing any part of this text in any way, shape or form without explicit permission from Helen Weeres, the writer of this poem.
Ze zeggen dat de tijd tikt zoals de tijd tikt zoals de tijd tikt
Je wordt wakker en de uren verdampen
Ze vertrekken zonder je de kans te geven om gedag te zeggen
Als je even uit het raam staart, zie je ze buiten op hun fiets stappen
Hun sjaal waait van hun schouder wanneer ze omkijken om links in te halen
Ze zeggen dat de tijd tikt zoals de tijd tikt zoals de tijd tikt
Op mijn eerste horloge wees Mickey Mouse de uren en seconden aan
Hiervoor droeg hij handschoenen omdat tijd kostbaar is
Hij droeg handschoenen omdat je met tijd voorzichtig moet zijn
Omdat tijd een vlijmscherpe ritme tikt
Omdat tijd gegeven wordt en oplettend besteed moet worden
Omdat tijd niet tastbaar is, maar desondanks uit je handen glipt
Mijn moeder was jonger dan ze nu is toen ze tegen me zei:
“Ik wil dat je om 5 uur thuis bent, dus hou je horloge in de gaten!”
Ze moet even zijn vergeten hoe het is, het intergalactische kindzijn
Daar waar Mickey Mouse geen uren aanwees, maar me stuurde als een kompas
naar de vissen die ik met mijn schepnet oplepelde uit beken van tijd
Hoe uren sijpelden over mijn rubberlaarzen en drassig gras tot modder maakten
tot ik wegzakte en nestelde in wedstrijdjes staren met stekelbaarzen
voor het eerst op de kade
voor het eerst in een doorzichtige bak
voor het eerst een duikbril voor op het droge
Ze zeggen dat de tijd tikt zoals de tijd tikt zoals de tijd tikt zoals de tijd
Ik ben geboren om 7 uur ’s ochtends op 25 juni 1996, ik had wolkjes op mijn huid
De windstilte op mijn lijf kende geen tijd, maar toch inspireerde de roerloze hemel op mijn vel
een eindeloos zoeken en staren naar toekomstdromen in mijn doorbloeding
Mijn zus is geboren op 15 december 1994, haar benen kwamen eerst en toen de rest
Ze zeggen dat stuitliggende baby’s angst hebben voor het leven
maar ik denk dat ze gewoon klaar was voor de sprint
Mijn zus en ik schelen anderhalf jaar, die voelen als 6 wanneer ze tegen me zegt dat ze trots op me is
Of wanneer ze me gebiedt niet alleen naar huis te fietsen in het duister
Waar toekomstdromen in gevaar verkeren
En de tijd die door je aderen stroomt, je hart harder doet bonken
om eindigheid af te schrikken
Ze zeggen dat de tijd tikt zoals de tijd tikt zoals de tijd tikt zoals
Als je ieders eigen klok tegelijk kon horen tikken
dan zou het klinken als de regen
Het zou walmen als diepe hoosbui op een zomernacht
Het zou denderen en echoën en je oren overstromen
Het zou tikken en tikken en tikken en tikken en tikken zoals de tijd tikt
Zoals ik mijn ouders eerst papa en mama noemde
en toen moeder en vader en murk en durk
en turtle en schrimpie en ouders
Zoals ik altijd weer meedrijf met de koersverandering
De tijd tikt zoals ze zeggen dat de tijd tikt zoals de tijd tikt zoals de tijd tikt zoals de tijd
Ik ben geboren om 7 uur ’s ochtends op 25 juni 1996
En ik weet het geboortejaar van mijn ouders niet uit mijn hoofd
Misschien komt dat doordat ik niet luister, misschien
Doordat ik slecht ben met cijfers, misschien
Doordat ik slecht ben met tijd, misschien
Doordat de tijd tikt zoals ze zeggen dat die tikt zoals
de tijd tikt zoals de tijd
tikt zoals de tijd tikt zoals de
tijd tikt